Een prachtige, zonnige ochtend in september de nodige jaren geleden. Met lood in mijn schoenen zoek ik naar mijn vaders telefoonnummer. Onze relatie is stroef en ik heb hem nog nooit voor advies gebeld. Er is zojuist iets gebeurd waardoor zijn woorden van een jaar daarvoor echoën door mijn hoofd en branden in mijn hart: “Ik zou willen dat ik minder eigenwijs, minder rebels was, dan had ik veel minder strijd gehad en zou ik een gelukkiger mens zijn!”
Ik was met toestemming van mijn werkgever een onderneming gestart. Weken had ik gezwoegd op een goed business- en marketingplan, een website, missie, visie, noem maar op. Het stond als een huis! Trots als een pauw liet ik mijn chef het resultaat zien waarop hij zei: “Je krijgt drie dagen de tijd om alle privé-activiteiten te staken en je website uit de lucht te halen of je kunt op zoek naar ander werk!”
Geen middenweg, geen tussenoplossing, geen compromis mogelijk.
Boosheid en teleurstelling vochten om voorrang en vanuit mijn slachtofferrol herkende ik mijn vaders woorden en zocht ik zijn advies. Hij herinnerde me aan Covey’s ‘first habit of effective leadership’; be proactive. Ik interpreteer dit als: neem je verantwoordelijkheid! Don’t let your circumstances control you. Bekijk de gebeurtenis als de twee zijden van dezelfde medaille.
Aan de ene kant staat de vraag: dit gaat NIET over mij, wat zegt deze gebeurtenis over de ander? En aan de andere kant: het gaat WEL over mij, wat zegt deze gebeurtenis over mij?
Dit zette me aan het denken, bedaarde mijn primaire reactie en gaf me de benodigde afstand om de vragen te beantwoorden. Om de eerste vraag te beantwoorden is verbreding van perspectief en een goed gesprek nodig. Ik zocht de open confrontatie, niet vanuit hardheid en aannames, niet om te demonstreren tegen het door mijn werkgever gevoerde beleid, maar vanuit de oprechte interesse in zijn motieven. Mijn vragen verraste hem en zijn reactie deed datzelfde met mij. Hij gaf aan dat hij mijn creatie zo professioneel vond dat hij het als een bedreiging voor het bedrijf zag. Ik verzachtte daardoor nog meer waarop ik de tweede vraag makkelijker aan mezelf kon stellen: wat raakt dit in mij? Waarom deed dit zoveel pijn? Welke gedachten en gevoelens stonden op het punt mijn gedrag te bepalen?
Ik voelde me genaaid, bedrogen, in een hoekje gedreven, tegen de muur gezet, strijdvaardig en bovenal afgewezen. Het kind in mij was geraakt. Ik had veel van mezelf in mijn creatie gestoken en in plaats van de benodigde complimenten kreeg ik een deur in mijn gezicht.
Welke gedachten zijn dan helpend en welke niet? Wat heeft dat gekwetste kind nodig? Ga je de strijd aan? Ga je rellen op het Malieveld? Nee natuurlijk niet. Toon empathie, bied troost.
Het kind heeft liefde en veiligheid nodig. Ik zei tegen mezelf: “David, je hebt niets verkeerd gedaan. Hooguit, te goed! Je mag trots zijn op jezelf!” Ik heb iets leuks voor mezelf gekocht, mijn onderneming tijdelijk op hold gezet en niet veel later ontstond een kans waarin ik en mijn onderneming onbelemmerd tot bloei konden komen.
Laat dit nou een hele effectieve manier zijn om alle dualiteit uit verschillende (maatschappelijke) spanningen te halen. Hoe kun je immers tegenover elkaar komen te staan als je empathisch en met respect voor alle perspectieven, verschillende kanten van eenzelfde medaille vertegenwoordigt? Hoeveel verantwoordelijkheid voor je eigen gedrag neem je als je vanuit je gekwetste kindstuk je ogen en oren sluit voor de pijn, de angsten en behoeftes van jezelf en de ander? Verzacht, wees empathisch en neem je fucking verantwoordelijkheid!
En oh ja… papa: Ik hou van je. En ja, ik lijk op jou. Ik ben eigenwijs, ik ben rebels. Leidt mijn ‘zijn’ tot strijd, dan bevind ik mij in niet passende omstandigheden en heb ik keuzes te maken.
Ik kies voor geluk want dat verdien ik, net als jij en ieder ander!