Ik nip aan mijn wijntje.
“Ik hoef je eigenlijk niet te vragen waar je mee bezig bent”, zegt de man van mijn vriendin. “Ik zie je overal. Je bent niet te missen op social media”.
Even bekruipt me een ongemakkelijk gevoel. Hij vindt me teveel. Het is vast too much. Maar dan pers ik er met een grinnik uit: “Ja, goed hè?”
Want ik ben ondernemer.
Dat klinkt spannender dan het is. In praktijk is het heel simpel. Ik had een idee. Daar heb ik een dienst van gemaakt. En die dienst verkopen we. Zolang er klanten zijn die onze dienst afnemen, is er een onderneming. Als niemand weet dat we ze van dienst kunnen zijn, wordt ook niemand klant. En is er geen onderneming.
Daarom krijg je zonder nee-nee sticker op je brievenbus wekelijks een krantje met aanbiedingen van lokale winkeliers. Een kortingsbon voor de beautysalon, een aanbieding van de kaasboer. Ze laten zich weer even aan je zien, zodat je aan ze denkt.
Er wordt vaak een beetje ‘vies’ gedaan over verkopen. Zeker als het om diensten gaat. Je mag vooral niet te commercieel zijn. Het liefst vraag je niets en gedraag je je onopvallend.
Vaak zie ik bij dienstverleners de neiging zich te verstoppen. Of in elk geval niet te veel zichtbaar te zijn. En doe je dat wel? Dan kun je altijd rekenen op mensen die daar iets van vinden.
Best een beetje gek.
Verstopt de bakker zich achter de toonbank als jij binnen komt?
Zet de marktkoopman een groot scherm voor zijn kraam?
Blindeert de juwelier zijn ramen?
Zie je de kroegbaas de prijzen op het krijtbord wegvegen omdat het anders te verkoperig overkomt?
Nee, natuurlijk niet! Verstoppertje spelen is voor kinderen.
Ondernemers die een product aanbieden, zijn trots op hun waar en niet bang die te verkopen.
Ik denk dat dienstverleners terughoudender zijn, omdat ze zich identificeren met hun werk. Zij zíjn hun dienst. Althans, een belangrijke succesfactor ervan. Logisch dat het imposter sydroom op de loer ligt. De angst om door de mand te vallen. En daarmee ontstaat zelfcensuur. De etalage wordt vakkundig afgeschermd. Want: Wie ben ik nou om hierover te schrijven? Er is vast iemand die er meer van weet dan ik. Ben ik wel goed genoeg? Wat zullen de moeders van school er wel niet van vinden?
Heb jij de neiging om jezelf kleiner en bescheidener op te stellen dan nodig? Staan jouw diensten te verstoffen in je magazijn, omdat je ze niet prominent in de etalage durft te zetten? Zit jij bovendien zelf half verstopt achter een stellingkast omdat je niet teveel wilt opvallen?
Prima. Je onthoudt alleen wel je potentiële klanten een geweldige ervaring.
Loop dit weekend eens een rondje over de markt en neem een voorbeeld aan de ondernemers die daar trots staan te verkopen. En denk aan hun klanten die daardoor heerlijk kunnen genieten van een vers borrelplankje, met een bos bloemen op tafel.
Je hebt niets om je voor te schamen. Toon ons alles wat je hebt.
Ik sta in elk geval trots achter mijn toonbank.